Aantal Nederlandse Legionairs
1831 - 1962
Legio Patria Nostra
"het
Legioen is ons Vaderland"
Wapenspreuk van het Legioen
Nederlanders verloren door
het toetreden tot het Franse Vreemdelingen Legioen hun Nederlandse
Nationaliteit.
Bovengenoemde wapenspreuk was voor hen dus in meerdere opzichten van
toepassing.
1831
Bij de oprichting in 1831
bestond het Legioen uit 8 Bataljons waarin de Legionairs nog ondergebracht
werden op basis van hun Nationaliteit. Het 6e Bataljon werd gevormd door Belgen
en Nederlanders, hun totale aantal was 896 man. Tot 1870 worden de Nederlanders
en de Belgen altijd samen vernoemd.
1835
Op 16 December
1835 richt Louis-Philippe een nieuw Legioen op het
"nouvelle légion".
Eind November 1836 is er een acht compagnieën sterk Battalion gerekruteerd dat ,volgens inspectie rapporten,
hoofdzakelijk bestaat uit Nederlanders.
[Porch p.50]
Nederlanders en Belgen maken
samen 9% uit van het totale Legioen. Dit aandeel blijft schijnbaar tot 1870
gelijk.
Ca. 1900
De Duitser Franz Kull geeft in zijn boek Fünf Jahre Fremdenlegionär een aantal van 480 Nederlanders aan
(4%).
Aangezien dit boek duidelijk tot de categorie Anti-Legioen campagne behoord is de betrouwbaarheid van dit
getal twijfelachtig.
1913
In 1913 bestaat het
Legioen uit 10 521 man, onderverdeeld in 13 "Bataillons"
georganiseerd in twee "Régiments"
: het 1er en het 2ème Régiment Étranger.
Nederlanders worden genoemd in een groep bestaande uit in totaal 7
Nationaliteiten: Tunesiërs, Marokkanen,
Oostenrijkers, Amerikanen, Hongaren en Turken, samen goed voor 1.7% dus iets
minder 200 man, dus gemiddeld ca. 25 man per nationaliteit.
http://membres.lycos.fr/legentilsoldat/la_legion_etrangere.htm
Ingedeeld bij het 1er R.E., 32 Nederlanders.
Bij het 2eme R.E. is het aantal Nederlanders
ondergebracht in een rubriek met 4 ander Nationaliteiten en de groep
"Divers" totaal 699.
1914-1918
Tijdens de Eerste
Wereldoorlog dienen er ca. 200 Nederlanders in het Franse Vreemdelingenlegioen.
Naast de Legionairs die al voor het uitbreken van de oorlog, 01.08.1914, deel
uit maken van het Legioen, is er een groot aantal oorlogsvrijwilligers
die voor de duur van de oorlog tot het Legioen toe treden.
De volgende twee bronnen geven waarschijnlijk het totaal
aantal Nederlandse Legionairs:
215 Legionairs van Nederlandse afkomst [Kepi Blanc].
222, waarvan
7 Officieren, 17 Onderofficieren
en 198 Legionairs
[Anonyme, Historique du Régiment de Marche de
Of er daadwerkelijk Nederlanders
al officier in het Vreemdelingenlegioen gediend hebben tijdens de eerste
Wereldoorlog kon tot op heden niet bevestigd worden.
172 Nederlandse vrijwilligers worden vermeld in het rapport van Baron des Lyons de Feuchin, "Les volontaires étrangers en France" uit 1924.
Hieruit zou men af kunnen leiden dat er voor die datum ongeveer 50 Nederlanders
in het Legioen dienden.
Van de totale groep Legionairs zijn er 67 gevallen, 7 Officieren, 17
Onderofficieren en 43 Legionairs [Kepi Blanc].
Volgens deze gegevens zijn dus alle Nederlandse Officieren en Onderofficieren
omgekomen.
In de verlieslijsten van officieren van het Legioen komen echter geen
Nederlanders voor.
Nederlandse Vrijwilligers in Parijs, Augustus 1914
[http://www.parisenimages.fr/galerie.php]
Van de vrijwilligers zouden
er achtendertig (38) zijn er gesneuveld.
Vijftien (15) zijn onderscheiden met de Médaille militaire en vijfendertig (35)
met het Croix de guerre.
Vijfentwintig namen van Nederlandse gevallenen zijn tot nu toe (11.2008) bekent, zie
lijst Nederlandse Legionairs.
1929
24 Nederlandse Rekruten
1935
Nederlanders
ondergebracht bij "Divers", 350 Rekruten verdeeld over 20
Nationaliteiten.
1939
61 Nederlandse Rekruten op een totaal van 8146.
1940-1945
Het aantal Nederlands dat na
de wapenstilstand tussen Frankrijk en Duitsland (25 Juni 1940) noch dienst
neemt in het Legioen wordt op ongeveer 20 man geschat.
1945-1954
De nasleep van de Tweede Wereldoorlog
zorgt voor een grote toestroom van rekruten die Frankrijk voor het conflict in
Indo China goed kan gebruiken.
Naar schatting hebben er in deze periode zeker 100 Nederlanders in het Legioen
gediend. De verliezen waren hoog ook onder de Nederlanders, tot op heden zijn
de namen van meer dan 30 gesneuvelde Nederlandse Legionairs bekent.
Opmerkingen
Alle cijfers zijn slecht een
indicatie om volgende redenen:
1. Een rekruut was niet
verplicht om zijn identiteitspapieren te tonen of zijn ware nationaliteit te
onthullen. Hij kon zich inschrijven sous identite declaree. Het is dus goed mogelijk dat Duitsers of
Belgen zich als Nederlander voordeden om vooroordelen te voorkomen. Het
omgekeerde is net zo goed mogelijk.
Bij Theo Kroes wordt in 1939 getwijfeld aan zijn opgegeven Nationaliteit en
word in rode inkt in zijn militair paspoort geschreven Nationalite
Declare Hollandais.
2. Tussen 1909 en 1935 werden
de statistische gegevens niet centraal verzameld maar in de regimenten ter
plaatse. Veel van deze dossiers zijn verloren gegaan.
3. Aantallen hebben soms
betrekking op rekruten soms op actief dienende Legionairs. Vroegtijdig
uittreden of het verlengen van het dienstverband zijn van invloed op het
aantal.
Versie November
2008