Désiré François Collin
No Matricule: 2.110
30-04-1907 - 28-04-1910 (overgeplaatst)

Op 15-04-1918 overleden aan oorlogsverwondingen als
Lieutenant van het 335e Regiment d ’Infanterie

 

 

Désiré François Collin wordt geboren in Utrecht op 27 mei 1883 als zoon van Henri Collin en Catharina Etien[1].

Vreemdelingenlegioen

Op 30 April 1907 neemt Désiré Collin, 23 jaar oud, in Amiens Noord-Frankrijk dienst in het Franse Vreemdelingenlegioen. Hij krijgt het numero Matricule 2.110 toegewezen op de liste de recrutement de la classe 1908 in Oran (Algerije) waar hij op 4 mei 1907 is aangekomen. Op 6 mei 1907 komt hij als soldat 2e classe aan bij het Vreemdelingenlegioen.
Na slechts drie maanden in Algerije, een periode waarin hij zijn basis opleiding moet hebben ontvangen, komt hij met zijn eenheid, waarschijnlijk het 6 Bataljon van het 1 Regiment Etranger (VI/1er) in actie in Marokko.
In de periode van 5 augustus 1907 tot en met 3 april 1908 neem hij deel aan militaire operaties in de regio Casablanca.
Op 30 mei wordt Desire Collin vermeldt in de dagorder van zijn eenheid het corps de debarquement de Casablanca. De tekst luidt als volgt.

Cite a l’or. No 57 du 30 mai 1908 du corps de debarquement de Casablanca pour s’etre porte spontanement au secours d’un camarade blesse dans un combat pres du Boucheron le 16 mai 1908”.

Detail van prentbriefkaart met opschrift:
”Camp du Boucheron - Sur la Route – Une halte de la Légion

Op 2 Februari 1909 wordt Desire Collin bevorderd tot Caporal.
In de periode van 7 november 1909 tot en met 24 april 1910 neem hij deel aan militaire operaties in de regio van Oujda (Marokko).

Van het Vreemdelingenlegioen naar 135e régiment d'infanterie

Desire Collin heeft er nu bijna 3 dienstjaren opzitten. Er volgt dan een bijzondere overplaatsing, niet binnen het Vreemdelingenlegioen maar naar een in Frankrijk gelegerd Infanterie Regiment het 135e te Angers. Hij verlaat Marokko op 24 april 1910 en komt op 1 Mei in Angers aan.

173 ANGERS. – L’Entrée de la Caserne Desjardins (135e de Ligne). - LL

Bij het 135e régiment d'infanterie

Carrière maken is schijnbaar in dit Infanterie Regiment aanmerkelijk eenvoudiger dan in het Vreemdelingenlegioen, na 5 maanden wordt Desire Collin op 26 September 1910 bevorderd tot Sergent in de Functie van Foerier.
Er is nog een privilege dat deze overplaatsing mogelijk gemaakt heeft, een die Legionairs vaak niet gegund was, op 25 April 1911 treedt hij in het huwelijk met Cecile Esnault.
Eind 1911 als zijn 5 jaar er bijna op zitten tekent hij bij voor 1 jaar.
Op 16 Februari 1912 is hij Sergent Fourrier af en wordt hij Sergent bij de gevechtseenheid.
Al in augustus 1912 tekent hij  weer bij ditmaal voor drie jaar.

De eerste wereldoorlog

Twee jaar later op 2 Augustus 1914 breekt de eerste wereldoorlog uit, het 135e verlaat al op 8 Augustus 1914 de caserne richting front[4] onder hen Desire Collin ingedeeld bij 11e Cie, die enkele dagen later bevorderd wordt tot Sergent-Major. Desire Collin komt op 29 Augustus 1914 aan het Front aan en raakt op 19 September 1914 gewond bij het tegenoffensief aan de Marne ten Noorden van Fère-Champenoise. Hij wordt van het Front gehaald en op 6 november 1914 wordt hij bevorderd tot Adjudant. Na een kort herstel komt hij op 14 November 1914 weer terug aan het Front ditmaal ingedeeld bij de 9e Cie.
Enige maanden later 18 April 1915 wordt hij dan bevorderd tot Sous-Lieutenant (titulaire), zijn definitieve bevordering krijgt hij op 17 april 1916.

Bij het 335e régiment d'infanterie

Op 5 December 1917 wordt Desire Collin overgeplaatst naar het 335e régiment d'infanterie en kort daarna bevorderd tot Lieutenant.
11 April 1918 raakt Desire Collin gewond in de buurt van Monreuil en overlijdt op 15 april aan deze verwondingen.

 

Faleristiek

Op zijn sterfbed wordt Desire Collin op 14 April 1918 voorgedragen voor het Legion d’Honneur (chevalier). Hij overlijdt een dag later. De postume toekenning volgt 22 Juni 1918 de vermelding in de staatscourant[5] volgt op 24 Juni.
De motivatie luidt als volgt:

COLLIN (Désiré), lieutenant (active) a la 7e compagnie du 335e rég. d’infanterie: commandant de compagnie brave et énergique. A entraine da compagnie a l’attaque avec un entrain superbe et a ete grievement blesse alors qu’il abordait son objectif. Deux blessures anserieures. Une citation.

Publicatie in de Journal officiel de la République française. Lois et décrets
24-06-1918 p.5449

Zoals gebruikelijk ging de toekenning van het Legion d’Honneur verkregen op het slagveld vergezeld met de toekenning van het Croix de Guerre om zo een duidelijk verschil te maken met personen die het Legion d’Honneur toegekend hadden gekregen voor dienst achter het front of bijvoorbeeld bij een jubileum.

Verder onderzoek gaande, heeft U meer informatie laat het mij weten via:

NLLegioen@hotmail.com

Bronnen:

[1] SGA - Mémoire des hommes
[2] Geboorteakte Geboorte Désiré François Collin, 27-05-1883 Soort akte: Geboorte Kind: Désiré François Collin Geboortedatum: 27-05-1883 Geboorteplaats: Utrecht Aktedatum: 28-05-1883 Akteplaats: Utrecht Vader: Henri Collin Moeder: Catharina Etien Toegangsnummer: 481 Burgerlijke stand: (dubbele) registers 1811-1902 Inventarisnummer: 128-02 aktenummer: 1200

[3] Soulié Pierre, « 1901-1935 : la Légion étrangère au Maroc. », Guerres mondiales et conflits contemporains 1/2010 (n° 237) , p. 7-24

[4] http://www.chtimiste.com/

[5] Journal officiel de la République française. Lois et décrets – 24-06-1918 p.5449

[6] Etat Services
A ml 22/6 1918 J.O. du 24-6-1918 Ordre de la n.722D du 7 mai 1918
Chevalier de la Légion d’Honneur, rang du 14-4-1918 (arrite 275 le du 22-6-1918 J.O. du 24-6-1918 p.5449 croix de G. avec palme.

Le 135e régiment d'infanterie

Le 135e régiment d'infanterie était un régiment de l'armée de terre française, stationné à Angers. À la fin du XIXe siècle, le régiment occupe temporairement la caserne Tharreau de Cholet avant de s'installer à Angers, caserne Desjardins. Il s'y installe en 1902, bien que les travaux ne soient finis qu'en 1903.

Au début de la Première Guerre mondiale, le Corps quitte la caserne dans la matinée du 5 août 1914. Il gagne le front en train. Le régiment est engagé dans la région de Bièvre (Belgique), en août il perd 1 111 hommes, tués, blessés ou disparus. Fin août, il reçoit l'ordre de se replier. Il s'établi alors dans la région de Faux (département des Ardennes). En septembre, il participe à la contre-offensive de la Marne, au nord de Fère-Champenoise. De retour en Belgique, en octobre, il prend Zonnebeke avec le 114e RI. Entre octobre et novembre, le régiment perd 2 308 hommes. En cette fin d'année 1914, il aura perdu près de 6 000 hommes depuis le début de son engagement.

En 1915 il est à Agny (Pas-de-Calais), qui est devenu, dès le début du conflit, un théâtre d'affrontements. Le 25 septembre, le 135e régiment d'infanterie compte à lui seul 1 200 hommes tués, blessés ou disparus. Sur l'année 2015 le régiment perd près de 2 600 hommes.

Les années suivantes, le régiment combat dans la Meuse, à Verdun, dans l'Aisne et en Lorraine. Le 5 septembre 1918, le 3e bataillon du 135e RI prend un village formant une tête de pont, ce qui lui vaut une citation à l'Ordre du Corps d'Armée. Quelques temps après, le 2e bataillon est cité à l'Ordre de l'Armée à la suite d'une attaque contre une position ennemie fortement organisée et défendue. Le 4 novembre, le régiment force le passage du canal de la Sambre à l'Oise, au sud d'Hannapes (dans l'Aisne), ce qui lui vaut sa troisième citation à l'Ordre de l'Armée.

Versie 12-02-2016